Ik dacht dat op de foto uit het stoomtijdperk waarnaar ik hierboven linkte in de nok van het station geen rookkap aanwezig was. Maar ik zie nu op de oude foto toch wel een grijze vlek achter de glasboog.



Bij het vergelijken van de oude foto met de huidige situatie viel me een ander grappig detail op: de onderkant van de kopgevel van station Haarlem is tegenwoordig bijna 2 meter hoger dan in het stoomtijdperk. Dat zal wel nodig geweest zijn voor de rijdraad en de draagkabel van de bovenleiding, toen de spoorlijn geëlektrificeerd werd.

Bij Amsterdam Centraal, op dezelfde spoorlijn, is de onderkant van de kopgevel ook hoger dan in het stoomtijdperk, blijkt als je vergelijkt met oude foto's. Maar in Amsterdam was de verhoging veel minder, ongeveer een halve meter. De rijdraad gaat rakelings onder de kopgevel door. De draagkabel is bevestigd aan een hoger punt van de kopgevel.

Bij de bouw van station Hlm 4 was de eis dat het verkeer op station Hlm 3 ongehinderd doorgang kon vinden . Dit had o.a tot gevolg dat de stationskap te Hlm in delen gebouwd moest worden . De kap over de sporen 1t/m 3 werd als laatste gebouwd ,als een deel van het stations gebouw geb.A of B gereed was , Verder was het ontwerp van het sporenplan zo dat gelijktijdig 4 treinen konden binnenkomen en of konden vertrekken . Als ook volledige scheiding tussen reizigers stroom en afhandeling bagage/goederen vervoer . Voor het station een centrale seinpost voor stationsbeveiliging . Op het perron werd in 1905 gestart met de bouw van de perrongebouwen C,D,E en F . Gebouw C is de meest westelijke perrongebouw , met de volgende indelinhg ; ruimte voor behandeling van post en bestelgoederen , een urinoir aan noord-en zuidzijde toiletten voor Heeren (zuidzijde) en Dames (noordzijde ) en een ruimte voor de toiletbeheerder ,. Gebouw D met een stenen onderverdieping en een houten bovenwerk . Op de begane grond ondergebracht voor het publiek toegangkelijk het Telefoon en het Telegrafiekantoor . Op de verdieping bevond zich de seinkamer ( destijds Post 2 en in later jeren Post T geheten ) met een ondergelegen bergruimte ( entresol ) en een drietal kantoren , waaronder dat van de stationschef . Gebouw E , de wachtkamers en restauratie's etc . Gebouw F ,aan de oostzijde van het perron is een langgerekt dienstgebouw met veel kantoor/werkruimte's ,zuidzijde ; onderchef , magazijn vervoer , arbeiders , lampisterie (vervoer ) ,noordzijde ; dienst ,wachtkamer patienten GGZ , conducteurs , lampisterie ( tractie ) , treinsmeden . Men begon , in 1906 als eerste met de kap boven de sporen 4 en 5 , tot aan het dienstgebouw C , en aansluitend de noordenlijke kap over de sporen 6 en 7 en de oostenlijke kap over het middenperron , De grote zuidkap met de grootste overspanning kon pas worden opgericht toen de bouw van de gebouwen A en B in 1907 vergevorderd was . Boven gebouw D zijn de kappen het hoogst . vanaf gebouw E zijn de perronkappen lager .Na gebouw F een enkele kap zoals over de sporen 5 en 6 . Spoor 8 kreeg later een perron .
De spoorindeling was als volgt : Spoor 1 HESM lokaal Haarlemmermeer lijn naar Aalsmeer ; Sp 2 Doorgaande naar Asd .;spoor 3 richting Asd ,430 m lang ,door wissels konden er 2 treinen behandeld worden . Dit was noodzakelijk i.v.b met combineren /splitsen . Treinen Den Helder- Keulen V.V en Enkhuizen - Rotterdam .
Sporen 4 en 5 Hlm--Zandvoort of Ijmuden en Uitgeest-Alkmaar . Spoor 6 Asd - den Haag of Zandvoort ,met kruidwissel met spoor 7 , spoor 7 vrijliggend doorgaand , spoor 8 reservespoor .